
het bewijs
weblog van een huisvader
......................
uit
het dagelijks archief:
januari 2004
|
donderdag
29
Verandering van
eten
doet spijs
Als het om eten gaat, doe je
het niet snel goed bij een kleuter. Dat weet iedereen, en papa dus ook,
en omdat hij géén zin heeft in méér gezeur en gezanik dan strikt
noodzakelijk is voor de dagelijkse portie vitaminen en mineralen, heeft
hij in de loop der tijd wat concessies aan het kleuterlijk gemiezemuis
gedaan, hier en daar. Zo krijgen de heren hun appeltjes bijvoorbeeld in
partjes zonder schil. Want schillen zijn scherp en hard en zuur en ze
prikken in je keel en er zitten wel eens zwarte dingetjes op en honderd
redenen meer om ze niet op te willen eten, al zat er nóg zo'n lekker
appeltje in. Meende papa zich toch zéér levendig te herinneren. Nee
hoor, helemaal fout. Hé, protesteerde de jongste kleuter verongelijkt
bij het zien van zijn blote appeltje, waarom mag ik geen schillen eten?
En pakte een stukje schil van het bordje, stak het demonstratief in zijn
mond. En ja, dan wilde de oudste natuurlijk ook een stukje want anders
was het niet eerlijk. Híj nam lekker een lange. Wat de jongste weer
niet op zich liet zitten en zo ging de ene na de andere schil met grote
smaak naar binnen. En moest papa weer zeuren en zaniken dat ze hun
appeltje ook moesten eten.
woensdag
28
Oei
Op de typische
receptie- en verplichte-gesprekken-vraag 'en wat doe jij?'
antwoordde de man dus meestal gemakshalve: huisman. Dat scheelde een
hoop warrige verhalen over een brokkelig verleden en vage plannen voor
de toekomst. Huisman. Een trutwoord van niks, vond hij het, maar veel
mensen konden in zo'n verplicht gesprek dan niet direct uit de voeten
met zóveel afwezigheid van ambitie en carrière ineens en dat vond hij
dan wel weer leuk, dat gehaspel en gezoek naar toch iets van een passend
antwoord. Was het toch nog een beetje een geuzennaam, vond hij. Maar nu
hij morgen visite kreeg, van iemand die hem dus als huisman zag, keek
hij vandaag eens wat kritischer rond dan normaal, in zijn huishouden,
zijn domein. En hij dacht dat hij zo te zien misschien maar eens een
andere geuzennaam moest bedenken, want dit kreeg hij nooit meer op tijd
voor elkaar.
dinsdag
27
Zelden goed
Haast, dat hebben kinderen niet
zo vaak. Ja, als ze een videootje is beloofd, dan hebben ze haast. Kijk
maar, hup, daar zitten ze al, braaf op de bank, ieder in hun eigen
hoekje, de band van hun keus in de aanslag. Kóm je nou nog een keer
papa? Of als ze een snoepje is toegezegd, straks als we thuis zijn okay?
Dan weten ze ook wel van opschieten. Papa heeft zijn jas nog aan, z'n
handschoenen, z'n sjaal, zijzelf trouwens ook nog maar ja hoor, daar
staan ze al bij de kast, met hun voordeligst gezichtje erbij: wij zouden
toch wat lekkers krijgen? En nu zijn we toch thuis? Maar als je ze 's
ochtends op tijd op school wil hebben, nee, dan hoef je daar niet op te
rekenen. Beter van niet zelfs. Je zou je geduld maar verliezen, wanneer
je oudste kleuter, vijf minuten nadat je hem precies op schema gezegd
hebt zijn jas maar vast aan te gaan doen, op gemoedelijke toon met zijn
ridderhelm op aan je komt vragen of jíj soms weet waar zijn grote
houten zwaard is?
maandag
26
Uitgerust
Na een extra lang weekend
uitgebreid uit, de jongens twéé nachten uit logeren, de man en zijn
vrouw weer eens lekker uit eten, op reis, naar de film en de kunst, de
liefde met onbeperkt uitslapen, vond de man het vanochtend opeens wel
een beetje érg lekker rustig aan de ontbijttafel, wilde het de rest van
de dag ook maar niet echt wat worden en was hij blij dat om een uur of
drie het huis aan de vroege kant weer van muur tot muur gevuld werd met
een explosie van levenslustig en op volle sterkte over elkaar heen
tuimelende verhalen van ballenbakken en glijbanen, vliegtuigen en
treinen. Tadáááá! En de man was één en al oor.
vrijdag
23
Het oog van de
naald
Een nieuwe jas
had zijn vrouw hem gekocht. Een nieuwe winterjas. Met twee rijen knopen
voorop, een afknoopbare bontkraag van achter en verknoopbare manchetten
aan de mouwen opzij. Omdat het nou eenmaal een uitverkoopje was, waren
alle knopen verdwenen maar dat vond de man geen punt, het was een
prachtige jas, hij was blij dat hij zelf de stad niet in hoefde, die
knopen naaide hij er zelf wel aan. Nu nam de man zich wel vaker iets
voor op dat gebied en zijn vrouw fronste reeds spottend de wenkbrauwen
dus om te bewijzen dat het heus wel meeviel met hem had de man gelijk de
volgende dag de benodigde zestien knopen gekocht. Plus een klosje garen.
En nu was het vrijdagavond laat en zouden zijn vrouw en de man
morgenochtend vroeg vertrekken, voor een leuk weekend weg met zijn
tweeën. En zou het natuurlijk leuk zijn wanneer hij zijn nieuwe jas zou
dragen. De man ging dus maar eens op zoek naar zijn vingerhoedje.
woensdag
21
..baart kunst
Aan de overkant van de straat
zag hij wat buurtkinderen spelen, ingewikkeld elastiekende meisjes in
vele soorten en maten, en opeens, omdat hij zo'n grote jongen wordt
natuurlijk, had hij daar belangstelling voor, papa's oudste kleuter.
Daar wilde hij het zijne van weten dus of hij maar naar de overkant
mocht. Nu is papa nogal overdreven bezorgd in die dingen, auto's,
scooters, enge mannen, maar goed, nog afgezien van de andere voordelen
zou het binnen ook wel eens lekker rustig kunnen zijn wanneer ze af en
toe alleen buiten zouden spelen, zonder dat papa er de hele tijd naast
moet staan of zitten of slenteren. Dus vond papa het goed, dat moest dan
nu maar eens geoefend gaan worden en papa ging naar boven, naar binnen,
de boodschappen uitpakken. Natuurlijk stond papa wel de hele tijd uit
het raam te kijken, of het allemaal wel goed ging, maar dat leert hij
misschien nog wel af. Als hij goed blijft oefenen.
dinsdag
20
O
Zeeën van tijd hadden het geleken, vanuit de verte, de dagen dat zijn
jongens naar school zouden zijn. Lange aaneengeregen rijen van
ononderbroken tijd, tijd, tijd. Tijd om van alles en nog wat in te doen.
En nu was het dan al een tijdje zover, en nu keutelden en dreutelden de
dagen nog onopgemerkt aan hem voorbij. Ochtendjes en uurtjes en stukjes
van de dag waarin hij dan inderdaad wel van alles en nog wat deed, maar
meer ook niet. Van alles en nog wat. Ditjes en datjes. Niks, niemendal.
Hij kon zijn draai niet vinden. Nergens. En omdat hij toch ook al
strontverkouden was geworden opeens, was hij kniezend en miezerend zijn
bed weer ingekropen. Maar daar was ie ook niet. Zijn draai.
maandag
19
eLogx¹
Proefwerkweek, heeft mijn
dochter deze week. Nou ja, vroeger heette dat proefwerkweek, zij noemt
het SE-week. Verder is het ongeveer hetzelfde: elke dag een zwaar
meetellend proefwerk en je dan tot diep in de avond gek leren voor dat
van morgen. Vandaag opende ze met wiskunde. De hele zondag was eraan
opgegaan en ook vanochtend werd er nog druk tot op het laatste moment
gestudeerd. En af en toe kwam ze, tegen beter weten in waarschijnlijk,
aan papa vragen of die er iets van snapte. Maar papa snapte er niks van.
Het enige dat hij zich bij al die vaag bekend voorkomende termen en rare
lettertjes nog kon herinneren, was dat hij daar vroeger ook al niks van
snapte. Dus toen zij tegen enen bloednerveus naar school vertrok, voelde
papa erg met zijn dochter mee. Maar hij was ook wel blij dat hij zelf
niet meer hoefde.
zaterdag
17
..of geen
regenpak
Niets zo erg als met een
regenpak door de regen. Tenminste, voor een puber dan. Papa kan zich dat
nog heel goed herinneren, uit zijn eigen jonge jaren. In die tijd zat je
liever de hele dag met een zeiknatte broek aan je benen gekleefd net te doen of het allemaal wel
meeviel, onder frans, duits en engels, dan dat je in een
regenpak werd gezien. Met ijskoude voeten in zompende schoenen. En na het laatste uur trok je
zonder mopperen je
nog niet eens opgedroogde, kille jas weer aan om je opnieuw tot op
je vel nat te laten regenen. Om thuis dapper vol te houden dat het wel
meeviel, de regen. Alles beter dan een regenpak. Nog líever ging je misschien wel naakt over straat
dan met zo'n belachelijk, bontgekleurd geval. Naar de lagere
school liepen wij altijd, mijn broer en ik, een wandeling van een minuut
of twintig was dat toen, en voor als het regende had mijn moeder ons van
diezelfde ouwelijke lange donkerblauwe nylonjassen gekocht als waar
mijn ouders erin bijliepen. Een los hoedje, zat er ook nog bij, kan het
erger? En daar moesten wij dan mee over straat, mijn broer en ik. Stel
je niet aan, anders word je kletsnat en hartstikke ziek, vond mijn
moeder praktisch, en die was in die jaren de baas. Tot aan de hoek. Zodra we uit
het zicht van mijn moeder waren trokken wij, zonder dat ooit zo
te hebben afgesproken, de jassen uit, propten die onzichtbaar in onze
tas en lieten ons gebroederlijk eensgezind véél liever kletsnat en
desnoods ook nog hartstikke ziek regenen. En als we 's middags doorweekt
weer thuis aankwamen, waren we onze jassen zogenaamd vergeten aan te
trekken, wat mijn moeder begreep noch geloofde. En sommige dingen
veranderen nooit, dus als mijn puberdochter terugkomt van haar
zaterdagse postbodebaantje, druipend, koud en doorweekt, en zegt dat ze
het regenpak dat papa haar bij vertrek had uitgeleend en meegegeven is
vergeten aan te trekken, dan gelooft papa daar helemaal niks van. En
begrijpen doet hij het eigenlijk ook niet.
vrijdag
16
Regenpak
Aan tafel, met
het gezin de dag doornemend, zoals dat hoort, zaten de man, zijn vrouw
en de puber tegen elkaar op te bieden wie het zwaarst was getroffen door
weer en wind vandaag. En de man, die vond dat hij het weer flink te
grazen had genomen, vertelde in geuren en kleuren hoe hij met zijn
jongens van school was vertrokken in zo'n aarzelend buitje waarvan hij
gedacht had: dat haal ik nog wel; dat het twee straathoeken verder toch
door leek te gaan zetten zodat hij, verstandig, had besloten dan alsnog
de regenpakken maar aan te trekken, onder luid protest van zijn kroost, iedereen
kijkt naar ons papa, want dat begint al vroeg; hoe het na al dat
onwillig heen en weer gemopper en gesjor dan godverdegodver weer droog
was gebleken en hij er dus voor niks dat hele stuk voor Jan Lul had
bijgereden, ware het niet dat het aan het begin van de straat plotseling
flink was gaan plenzen en hij toch blij was geweest dat ze de pakken aan
hadden gehad. Triomfantelijk keek hij in het rond. Vooral naar zijn op
het gebied van regenpakken nogal eigenwijze puberdochter. Die daarop
droogjes opmerkte dat, wanneer hij niet al die tijd had verspild met het
aantrekken van regenpakken, hij dus net vóór de bui was thuis
geweest.
donderdag
15
Do you think
I'm sexy?
Tot nu toe had
hij zijn jongens altijd zelf zo'n beetje geknipt en gekapt. Dat ging ook
best met die baby en peuterhaartjes. En later wilden ze het alleen maar
lang, net zo lang als hun grote zus, net zo lang als een ridder, dus
viel er niet veel meer te knippen en kappen. Maar nu zijn oudste zoon
het plotseling kort wilde, net als zijn vriendje op school, vond papa
het toch maar liever tijd voor Jan de knappe kapper. Tijd voor een echt
model. Maar wat voor model? Wilde Jan de knappe kapper natuurlijk weten.
Met brede gebaren en grimassen probeerde papa haar uit te leggen welk
hip britpopjongenskapsel papa in gedachten had voor zijn zoon. Maar het
was niet zo'n heel hippe kapsalon dus Jan de knappe kapper bleef papa
maar aankijken, schaar en kam in de aanslag boven zijn steeds nukkiger
wordende kleuter. En het enige concrete voorbeeld dat papa zo gauw te
binnen wilde schieten was Rod Stewart. Maar dan korter. En ja, daar kon
de kapper wat mee. Met Rod Stewart. En een kwartier later zag zijn
jongen er precies zo uit als hij in gedachten had. Alleen loopt papa nu
al de hele dag met dat liedje in zijn hoofd. Van Rod Stewart, inderdaad.
woensdag
14
Merkwaardig
De boze
buitenwereld gaat steeds meer lijken op het almaar talrijker wordend
soort tv-programma's, films en clips waarvan je liever niet hebt dat jouw
kinderen daar naar kijken, het soort computerspelletjes dat je niet wilt
dat ze spelen. Vreemd.
Shit
Nou ben ik toch
al niet zo dol op tandartsbezoek - ieder half jaar word ik er door mijn
vrouw liefdevol genadeloos heen gesleept, zo onaangekondigd mogelijk
want hoe langer ik het van tevoren weet, hoe langer ik mij er de
vreselijkste dingen over in het hoofd haal en er mijn humeur door laat
verpesten - maar vandaag moest ik daar dan ook nog eens twee keer een
half uur voor door de zeikende plensregen fietsen, dwars door het
razende centrum, jongetje voor, jongetje achter. Dus mijn stemming was
niet opperbest. Gelukkig vond de tandarts een gaatje. Anders was het nog
allemaal voor niks geweest ook.
dinsdag
13
Tips voor
doe-het-zelvers, deel 47
Tip 81
Een eigen huis is nimmer klaar. Dat is een wijsheid die iedere
huizenbezitter door schade en schande zal hebben leren kennen. Zo ook u,
nietwaar. Het is dan ook niet helemaal terecht dat u wat klussen betreft
al maanden net doet of uw neus bloedt en of úw eigen huis weldegelijk
klaar is. Alsof de keuken, als laatste vertrek, géén ergerniswekkende
gribus is waarvan u meerdere keren per dag denkt dat het er misschien
toch maar eens van moet komen. Alsof er níet nog overal en nergens
nooit afgemaakte karweitjes en klusjes dagelijks om uw aandacht
schreeuwen. Grote en kleine details om afwerking zeuren en zaniken. Niet
opgehangen lampen, ongeïnstalleerde elektra, ontbrekende dorpels, een
afwezige bel. Laat u zich door deze ellenlange lijst van onvoltooide
zaken niet ontmoedigen de draad maar weer eens op te pakken. Laat u zich
vooral ook niet ontmoedigen door het feit dat in de jongenskamer, die u
ooit, vier jaar geleden alweer, als eerste helemaal af had, dringend een
nieuwe kast moet worden gebouwd, de muren gerepareerd, en opnieuw
geverfd. Waarom zou u zich hierdoor laten ontmoedigen? Een eigen huis is
nimmer klaar. Dat wist u toch?
Tip 82
Wanneer u de gang er dan weer zo'n beetje aarzelend in probeert te
krijgen, in uw verbouwing, en u voor het eerst in maanden weer iets
onderneemt op dat vlak, laat u zich in dat prille stadium dan niet
meteen verleiden uzelf, of uw leven, al bespiegelend te vergelijken met
de oude afgebladderde deur waar u de verf zo enthousiast van af staat te
branden en te krabben, en te denken dat er met een beetje moeite en
inspanning nog best wat van te maken valt. Ten eerste mocht u wíllen
dat al uw oude shit er zo makkelijk af te krijgen was als bij die oude
afgebladderde deur, ten tweede is dit precies het soort depressieve
zelfmedelijden waar u juist blij was weer een beetje van af te zijn, en
die de gang er ook snel weer uit zal hebben. Dus laat u de deur de deur,
en brandt díe verder af.
Tip 1
» Tip
80 »
maandag
12
Blanke pit
Als je hem onderweg kwijtraakt
ga ik er niet voor stoppen hoor, strengde papa nog, want hij zag het
alweer voor zich. Bij het etentje dit weekend hadden ze een papieren
parasolletje op hun toetje gekregen en dat moest nu mee naar school. Om
aan de juf te laten zien, en aan de meester. Maar het mocht niet in de
tas, want dan konden ze hem niet zien, zó mooi was hij. In hun bewante
handen, dan konden ze heel de weg kijken. Vandaar dat papa het alweer
voor zich zag. Het waaide ook nog lekker trouwens dus dat werd wat. Maar
toen er nog niet eens halverwege inderdaad een parasolletje vandoor
ging, was het verdriet zó hartverscheurend dat papa er natuurlijk wél
voor stopte. En al had hij thuis een plastic zakje liggen met wel
twintig parasolletjes, hij draaide de karavaan en bukte zich met zijn
zwaarbeladen fiets in wankel evenwicht midden op de donkere weg om het
parasolletje van zijn zoon in het licht van aanstormend autoverkeer op
te rapen. Wat is papa toch een sympathieke held, wil hij maar even
zeggen.
zaterdag
10
Romantiek
Twaalf jaar,
waren de man en zijn vrouw bij elkaar, dit weekend. Dit weekend, twaalf
jaar geleden, dorsten zij elkaar voor het eerst te bekennen hoe leuk zij elkaar
al die tijd al vonden, wisselden zij, op het strand bij middernacht,
schoorvoetend de eerste, heerlijke kussen uit. Begon hun
gezamenlijke toekomst, hoewel zij dat toen nog niet wisten. En omdat de man een romanticus was, na al die
jaren nog even verliefd, hadden zij die datum tot nog toe ieder jaar
gevierd. Met kaarsverlichte etentjes en leuke cadeautjes en romantische dagjes uit.
Midden in de nacht in de kou naar het strand, om de eerste kus te
herhalen. Een verrassingsbezoek aan hetzelfde café, waar het ooit
allemaal begon. Gestolen nachtjes in een hotel, een pension,
ontbijten met croissantjes. Aaah, de liefde, de liefde. Nou was
daar de laatste jaren steeds een hoop gedoe bij komen kijken van
logerende kinderen wegbrengen en ophalen, of van kinderoppas aan huis en
van op tijd weer terug en dit jaar hadden de man en zijn vrouw daarom
besloten hun romantisch jubileum dan maar eens mét hun jongens te
vieren. Wel zo praktisch, dachten zij. En tenslotte waren de jongens de
vrucht van hun liefde, nietwaar, dus minstens zo romantisch. Om het
zichzelf niet meteen al te moeilijk te maken werd het een etentje bij de
chinees op de hoek, waar ze zich, met hun op dit vlak debuterende
kinderen, geen buil aan konden vallen. Leuk. Dat wel. Maar echt
romantisch wilde het toch niet worden, want de vrucht van hun liefde
bleek niet van plan te zijn één hap méér dan thuis te gaan eten, van
dit veel dúúrdere bordje, of er minder misbaar bij te maken van
lussiknie en williknie en ohwatbenikmoe, en de man en zijn vrouw hadden
er zo ongemerkt een alledaags potje opvoeden van weten te maken. Tja. Er
was toch ook een hoop veranderd, in twaalf jaar.
donderdag
9
Altijd
Mopperend en grommend en
zuchtend hees de man zich in het regenpak vanmiddag, om zijn jongens uit
school te halen, en druipend en drijvend en koud kwam hij een klein uur
later weer thuis. En hoewel hij onderweg bedacht had dat dit misschien
wel de eerste keer dit schooljaar was dat hij echt door de regen moest,
zuchtte en mopperde en gromde hij bij thuiskomst nog steeds even hard.
Want zo gaat dat nou eenmaal, met
die dingen.
woensdag
7
De mand
Kinderen zijn goed voor je
zelfvertrouwen. Omdat ze denken dat jij alles weet. En alles kan. En dat
dénken ze niet alleen, dat weten ze zeker, ze zijn er vast van
overtuigd: Papa Kan Alles. Vol bewondering kijken ze toe hoe papa het
voordoet, en hoe het dus moet, hoe papa het doet. Leuk, vindt papa dat,
hij kan er niks aan doen. Zo heeft hij zijn jongste zoon vanmiddag
bijvoorbeeld trots geholpen met timmeren en met zagen en met mooie
gaatjes boren. Kijk, zó houd je je hamer. En zó doe je de zaag. Kijk
maar, toe maar, goed zo. En toveren met kleuren, heeft hij hem geleerd.
Geel met rood, oranje. Maar geel met blauw weer groen. Knap, vindt zijn
zoon zijn vader, en wil het ook eens doen. En onderweg naar huis nog
honderdduizend vragen. Waarom blijft een paard altijd staan als hij
slaapt? Waar wonen de tijgers? Wat is dat voor auto? Wat gaan we
vanavond eten? En papa weet het allemaal. Want papa weet alles. Tot papa
op zekere dag door de mand valt natuurlijk. Vanavond kwam zijn
puberdochter bij hem staan, of hij haar misschien even kon helpen, met
haar huiswerk. Economie. Iets met rentepercentages reële waarden en
inflatie, leningen en spaargeld. En wat papa ook probeerde met die veel
te ingewikkelde rekenmachine van zijn dochter, hij kwam niet tot het
gewenste antwoord. Nou, dan vraag ik het morgen op school nog wel een
keer, trok zijn dochter haar zuchtende conclusie. Ja, doe dat maar,
berustte haar vader. Gelukkig lagen zijn jongens toen al lang en breed
in bed.
dinsdag
6
Zou het?
Aan het eind van een
schoolvakantie zei zijn moeder vroeger altijd, met iets van wanhoop in
haar stem: Het wordt tíjd dat jullie weer naar school gaan. Hij hoorde
het haar nóg zeggen. Harteloos, was het. Bah. En nooit, nooit, nóóit
zou hij dát tegen zijn eigen kinderen zeggen, later, had hij zich
voorgenomen. Dus toen hij het zichzelf er vorige week toch opeens uit
hoorde flappen, tegen zijn bloedeigen schatjes, met de stem van zijn
moeder nog wel, was dat wel even schrikken, ja. Maar nu zijn bloedeigen
schatjes de afgelopen twee dagen dat ze weer naar school waren een stuk
minder tegen de klippen op liepen te dreinen en te mekkeren en te
vervelen vooral, begon hij zich voorzichtig af te vragen of zijn moeder
dan misschien toch..
maandag
5
Helemaal niks
Nu de kerstvakantie is
afgelopen en zijn kleuters dus definitief allebei hele dagen naar
school gaan, vragen mensen hem opeens wat hij nu toch met al die
vrije tijd gaat doen. En hij weet niet precies waarom, maar op de één
of andere manier heeft de man daar een beetje de pest over in.
zaterdag
3
Geheimpje
Zuchtend viel zijn vrouw haar
man om de hals, op zoek naar liefde en aandacht. Steun en toeverlaat.
Warm en zwaar ademde ze in zijn oor. Ooh, ik ben toe aan vakantie,
verstond hij. En hoewel hij op iets anders gehoopt had, kon de man zich dat
ook wel weer een beetje voorstellen want
erg ontspannend was het niet geweest allemaal, deze twee weken. Maar
daarom was hij zelf nou juist zo blij dat het er alweer bijna op zat. In
alle stilte, dat spreekt.
donderdag
1
Stoere start
Het was voor
het eerst dit jaar dat onze jongens ons níet met een verontwaardigd
grommend omdraaien en dekens optrekken terug naar de feestvreugde
stuurden, toen wij ze volgens stoere afspraak om kwart voor het nieuwe jaar wakker maakten voor
het vuurwerk. Al was het niet helemaal van harte, ze lieten zich dapper
uit bed en in trui en pantoffels hijsen voor het langverwachte
schouwspel en een glaasje kinderchampagne. Geeuwend en tollend en zwaar
van de slaap keken ze braaf uit het raam naar het oplichtend en kleurig
uiteenspattend moois, gewillig knikten ze van ja bij iedere vraag of het
leuk was, en mooi, en spannend. Ja, het was mooi en leuk en spannend
geweest, mompelden ze nogmaals, op bezorgd verzoek, op de terugweg alweer naar
dromenland, maar gezien de gretigheid waarmee ze zonder enig protest hun
slaapzak weer inkropen, waren ze ook wel blij dat dit avontuur maar
één keer per jaar beleefd hoefde te worden.
©2004JosvanVenrooij
|
|