het bewijs
weblog van een huisvader
......................

 


uit het dagelijks archief:
januari 2004

 

 

 

 

 

 

 

donderdag 29
Verandering van eten 
doet spijs
Als het om eten gaat, doe je het niet snel goed bij een kleuter. Dat weet iedereen, en papa dus ook, en omdat hij géén zin heeft in méér gezeur en gezanik dan strikt noodzakelijk is voor de dagelijkse portie vitaminen en mineralen, heeft hij in de loop der tijd wat concessies aan het kleuterlijk gemiezemuis gedaan, hier en daar. Zo krijgen de heren hun appeltjes bijvoorbeeld in partjes zonder schil. Want schillen zijn scherp en hard en zuur en ze prikken in je keel en er zitten wel eens zwarte dingetjes op en honderd redenen meer om ze niet op te willen eten, al zat er nóg zo'n lekker appeltje in. Meende papa zich toch zéér levendig te herinneren. Nee hoor, helemaal fout. Hé, protesteerde de jongste kleuter verongelijkt bij het zien van zijn blote appeltje, waarom mag ik geen schillen eten? En pakte een stukje schil van het bordje, stak het demonstratief in zijn mond. En ja, dan wilde de oudste natuurlijk ook een stukje want anders was het niet eerlijk. Híj nam lekker een lange. Wat de jongste weer niet op zich liet zitten en zo ging de ene na de andere schil met grote smaak naar binnen. En moest papa weer zeuren en zaniken dat ze hun appeltje ook moesten eten.

woensdag 28
Oei
Op de typische receptie- en verplichte-gesprekken-vraag 'en wat doe jij?' antwoordde de man dus meestal gemakshalve: huisman. Dat scheelde een hoop warrige verhalen over een brokkelig verleden en vage plannen voor de toekomst. Huisman. Een trutwoord van niks, vond hij het, maar veel mensen konden in zo'n verplicht gesprek dan niet direct uit de voeten met zóveel afwezigheid van ambitie en carrière ineens en dat vond hij dan wel weer leuk, dat gehaspel en gezoek naar toch iets van een passend antwoord. Was het toch nog een beetje een geuzennaam, vond hij. Maar nu hij morgen visite kreeg, van iemand die hem dus als huisman zag, keek hij vandaag eens wat kritischer rond dan normaal, in zijn huishouden, zijn domein. En hij dacht dat hij zo te zien misschien maar eens een andere geuzennaam moest bedenken, want dit kreeg hij nooit meer op tijd voor elkaar.

dinsdag 27
Zelden goed
Haast, dat hebben kinderen niet zo vaak. Ja, als ze een videootje is beloofd, dan hebben ze haast. Kijk maar, hup, daar zitten ze al, braaf op de bank, ieder in hun eigen hoekje, de band van hun keus in de aanslag. Kóm je nou nog een keer papa? Of als ze een snoepje is toegezegd, straks als we thuis zijn okay? Dan weten ze ook wel van opschieten. Papa heeft zijn jas nog aan, z'n handschoenen, z'n sjaal, zijzelf trouwens ook nog maar ja hoor, daar staan ze al bij de kast, met hun voordeligst gezichtje erbij: wij zouden toch wat lekkers krijgen? En nu zijn we toch thuis? Maar als je ze 's ochtends op tijd op school wil hebben, nee, dan hoef je daar niet op te rekenen. Beter van niet zelfs. Je zou je geduld maar verliezen, wanneer je oudste kleuter, vijf minuten nadat je hem precies op schema gezegd hebt zijn jas maar vast aan te gaan doen, op gemoedelijke toon met zijn ridderhelm op aan je komt vragen of jíj soms weet waar zijn grote houten zwaard is? 

maandag 26
Uitgerust
Na een extra lang weekend uitgebreid uit, de jongens twéé nachten uit logeren, de man en zijn vrouw weer eens lekker uit eten, op reis, naar de film en de kunst, de liefde met onbeperkt uitslapen, vond de man het vanochtend opeens wel een beetje érg lekker rustig aan de ontbijttafel, wilde het de rest van de dag ook maar niet echt wat worden en was hij blij dat om een uur of drie het huis aan de vroege kant weer van muur tot muur gevuld werd met een explosie van levenslustig en op volle sterkte over elkaar heen tuimelende verhalen van ballenbakken en glijbanen, vliegtuigen en treinen. Tadáááá! En de man was één en al oor. 

vrijdag 23
Het oog van de naald
Een nieuwe jas had zijn vrouw hem gekocht. Een nieuwe winterjas. Met twee rijen knopen voorop, een afknoopbare bontkraag van achter en verknoopbare manchetten aan de mouwen opzij. Omdat het nou eenmaal een uitverkoopje was, waren alle knopen verdwenen maar dat vond de man geen punt, het was een prachtige jas, hij was blij dat hij zelf de stad niet in hoefde, die knopen naaide hij er zelf wel aan. Nu nam de man zich wel vaker iets voor op dat gebied en zijn vrouw fronste reeds spottend de wenkbrauwen dus om te bewijzen dat het heus wel meeviel met hem had de man gelijk de volgende dag de benodigde zestien knopen gekocht. Plus een klosje garen. En nu was het vrijdagavond laat en zouden zijn vrouw en de man morgenochtend vroeg vertrekken, voor een leuk weekend weg met zijn tweeën. En zou het natuurlijk leuk zijn wanneer hij zijn nieuwe jas zou dragen. De man ging dus maar eens op zoek naar zijn vingerhoedje.

woensdag 21
..baart kunst
Aan de overkant van de straat zag hij wat buurtkinderen spelen, ingewikkeld elastiekende meisjes in vele soorten en maten, en opeens, omdat hij zo'n grote jongen wordt natuurlijk, had hij daar belangstelling voor, papa's oudste kleuter. Daar wilde hij het zijne van weten dus of hij maar naar de overkant mocht. Nu is papa nogal overdreven bezorgd in die dingen, auto's, scooters, enge mannen, maar goed, nog afgezien van de andere voordelen zou het binnen ook wel eens lekker rustig kunnen zijn wanneer ze af en toe alleen buiten zouden spelen, zonder dat papa er de hele tijd naast moet staan of zitten of slenteren. Dus vond papa het goed, dat moest dan nu maar eens geoefend gaan worden en papa ging naar boven, naar binnen, de boodschappen uitpakken. Natuurlijk stond papa wel de hele tijd uit het raam te kijken, of het allemaal wel goed ging, maar dat leert hij misschien nog wel af. Als hij goed blijft oefenen. 

dinsdag 20
O
Zeeën van tijd hadden het geleken, vanuit de verte, de dagen dat zijn jongens naar school zouden zijn. Lange aaneengeregen rijen van ononderbroken tijd, tijd, tijd. Tijd om van alles en nog wat in te doen. En nu was het dan al een tijdje zover, en nu keutelden en dreutelden de dagen nog onopgemerkt aan hem voorbij. Ochtendjes en uurtjes en stukjes van de dag waarin hij dan inderdaad wel van alles en nog wat deed, maar meer ook niet. Van alles en nog wat. Ditjes en datjes. Niks, niemendal. Hij kon zijn draai niet vinden. Nergens. En omdat hij toch ook al strontverkouden was geworden opeens, was hij kniezend en miezerend zijn bed weer ingekropen. Maar daar was ie ook niet. Zijn draai.

maandag 19
eLog
Proefwerkweek, heeft mijn dochter deze week. Nou ja, vroeger heette dat proefwerkweek, zij noemt het SE-week. Verder is het ongeveer hetzelfde: elke dag een zwaar meetellend proefwerk en je dan tot diep in de avond gek leren voor dat van morgen. Vandaag opende ze met wiskunde. De hele zondag was eraan opgegaan en ook vanochtend werd er nog druk tot op het laatste moment gestudeerd. En af en toe kwam ze, tegen beter weten in waarschijnlijk, aan papa vragen of die er iets van snapte. Maar papa snapte er niks van. Het enige dat hij zich bij al die vaag bekend voorkomende termen en rare lettertjes nog kon herinneren, was dat hij daar vroeger ook al niks van snapte. Dus toen zij tegen enen bloednerveus naar school vertrok, voelde papa erg met zijn dochter mee. Maar hij was ook wel blij dat hij zelf niet meer hoefde.

zaterdag 17
..of geen regenpak
Niets zo erg als met een regenpak door de regen. Tenminste, voor een puber dan. Papa kan zich dat nog heel goed herinneren, uit zijn eigen jonge jaren. In die tijd zat je liever de hele dag met een zeiknatte broek aan je benen gekleefd net te doen of het allemaal wel meeviel, onder frans, duits en engels, dan dat je in een regenpak werd gezien. Met ijskoude voeten in zompende schoenen. En na het laatste uur trok je zonder mopperen je nog  niet eens opgedroogde, kille jas weer aan om je opnieuw tot op je vel nat te laten regenen. Om thuis dapper vol te houden dat het wel meeviel, de regen. Alles beter dan een regenpak. Nog líever ging je misschien wel naakt over straat dan met zo'n belachelijk, bontgekleurd geval. Naar de lagere school liepen wij altijd, mijn broer en ik, een wandeling van een minuut of twintig was dat toen, en voor als het regende had mijn moeder ons van diezelfde ouwelijke lange donkerblauwe nylonjassen gekocht als waar mijn ouders erin bijliepen. Een los hoedje, zat er ook nog bij, kan het erger? En daar moesten wij dan mee over straat, mijn broer en ik. Stel je niet aan, anders word je kletsnat en hartstikke ziek, vond mijn moeder praktisch, en die was in die jaren de baas. Tot aan de hoek. Zodra we uit het zicht van mijn moeder waren trokken wij, zonder dat ooit zo te hebben afgesproken, de jassen uit, propten die onzichtbaar in onze tas en lieten ons gebroederlijk eensgezind véél liever kletsnat en desnoods ook nog hartstikke ziek regenen. En als we 's middags doorweekt weer thuis aankwamen, waren we onze jassen zogenaamd vergeten aan te trekken, wat mijn moeder begreep noch geloofde. En sommige dingen veranderen nooit, dus als mijn puberdochter terugkomt van haar zaterdagse postbodebaantje, druipend, koud en doorweekt, en zegt dat ze het regenpak dat papa haar bij vertrek had uitgeleend en meegegeven is vergeten aan te trekken, dan gelooft papa daar helemaal niks van. En begrijpen doet hij het eigenlijk ook niet.

vrijdag 16
Regenpak
Aan tafel, met het gezin de dag doornemend, zoals dat hoort, zaten de man, zijn vrouw en de puber tegen elkaar op te bieden wie het zwaarst was getroffen door weer en wind vandaag. En de man, die vond dat hij het weer flink te grazen had genomen, vertelde in geuren en kleuren hoe hij met zijn jongens van school was vertrokken in zo'n aarzelend buitje waarvan hij gedacht had: dat haal ik nog wel; dat het twee straathoeken verder toch door leek te gaan zetten zodat hij, verstandig, had besloten dan alsnog de regenpakken maar aan te trekken, onder luid protest van zijn kroost, iedereen kijkt naar ons papa, want dat begint al vroeg; hoe het na al dat onwillig heen en weer gemopper en gesjor dan godverdegodver weer droog was gebleken en hij er dus voor niks dat hele stuk voor Jan Lul had bijgereden, ware het niet dat het aan het begin van de straat plotseling flink was gaan plenzen en hij toch blij was geweest dat ze de pakken aan hadden gehad. Triomfantelijk keek hij in het rond. Vooral naar zijn op het gebied van regenpakken nogal eigenwijze puberdochter. Die daarop droogjes opmerkte dat, wanneer hij niet al die tijd had verspild met het aantrekken van regenpakken, hij dus net vóór de bui was thuis geweest. 

donderdag 15
Do you think I'm sexy?
Tot nu toe had hij zijn jongens altijd zelf zo'n beetje geknipt en gekapt. Dat ging ook best met die baby en peuterhaartjes. En later wilden ze het alleen maar lang, net zo lang als hun grote zus, net zo lang als een ridder, dus viel er niet veel meer te knippen en kappen. Maar nu zijn oudste zoon het plotseling kort wilde, net als zijn vriendje op school, vond papa het toch maar liever tijd voor Jan de knappe kapper. Tijd voor een echt model. Maar wat voor model? Wilde Jan de knappe kapper natuurlijk weten. Met brede gebaren en grimassen probeerde papa haar uit te leggen welk hip britpopjongenskapsel papa in gedachten had voor zijn zoon. Maar het was niet zo'n heel hippe kapsalon dus Jan de knappe kapper bleef papa maar aankijken, schaar en kam in de aanslag boven zijn steeds nukkiger wordende kleuter. En het enige concrete voorbeeld dat papa zo gauw te binnen wilde schieten was Rod Stewart. Maar dan korter. En ja, daar kon de kapper wat mee. Met Rod Stewart. En een kwartier later zag zijn jongen er precies zo uit als hij in gedachten had. Alleen loopt papa nu al de hele dag met dat liedje in zijn hoofd. Van Rod Stewart, inderdaad.

woensdag 14
Merkwaardig
De boze buitenwereld gaat steeds meer lijken op het almaar talrijker wordend soort tv-programma's, films en clips waarvan je liever niet hebt dat jouw kinderen daar naar kijken, het soort computerspelletjes dat je niet wilt dat ze spelen. Vreemd.

Shit
Nou ben ik toch al niet zo dol op tandartsbezoek - ieder half jaar word ik er door mijn vrouw liefdevol genadeloos heen gesleept, zo onaangekondigd mogelijk want hoe langer ik het van tevoren weet, hoe langer ik mij er de vreselijkste dingen over in het hoofd haal en er mijn humeur door laat verpesten - maar vandaag moest ik daar dan ook nog eens twee keer een half uur voor door de zeikende plensregen fietsen, dwars door het razende centrum, jongetje voor, jongetje achter. Dus mijn stemming was niet opperbest. Gelukkig vond de tandarts een gaatje. Anders was het nog allemaal voor niks geweest ook.

dinsdag 13
Tips voor doe-het-zelvers, deel 47
Tip 81
Een eigen huis is nimmer klaar. Dat is een wijsheid die iedere huizenbezitter door schade en schande zal hebben leren kennen. Zo ook u, nietwaar. Het is dan ook niet helemaal terecht dat u wat klussen betreft al maanden net doet of uw neus bloedt en of úw eigen huis weldegelijk klaar is. Alsof de keuken, als laatste vertrek, géén ergerniswekkende gribus is waarvan u meerdere keren per dag denkt dat het er misschien toch maar eens van moet komen. Alsof er níet nog overal en nergens nooit afgemaakte karweitjes en klusjes dagelijks om uw aandacht schreeuwen. Grote en kleine details om afwerking zeuren en zaniken. Niet opgehangen lampen, ongeïnstalleerde elektra, ontbrekende dorpels, een afwezige bel. Laat u zich door deze ellenlange lijst van onvoltooide zaken niet ontmoedigen de draad maar weer eens op te pakken. Laat u zich vooral ook niet ontmoedigen door het feit dat in de jongenskamer, die u ooit, vier jaar geleden alweer, als eerste helemaal af had, dringend een nieuwe kast moet worden gebouwd, de muren gerepareerd, en opnieuw geverfd. Waarom zou u zich hierdoor laten ontmoedigen? Een eigen huis is nimmer klaar. Dat wist u toch?
Tip 82
Wanneer u de gang er dan weer zo'n beetje aarzelend in probeert te krijgen, in uw verbouwing, en u voor het eerst in maanden weer iets onderneemt op dat vlak, laat u zich in dat prille stadium dan niet meteen verleiden uzelf, of uw leven, al bespiegelend te vergelijken met de oude afgebladderde deur waar u de verf zo enthousiast van af staat te branden en te krabben, en te denken dat er met een beetje moeite en inspanning nog best wat van te maken valt. Ten eerste mocht u wíllen dat al uw oude shit er zo makkelijk af te krijgen was als bij die oude afgebladderde deur, ten tweede is dit precies het soort depressieve zelfmedelijden waar u juist blij was weer een beetje van af te zijn, en die de gang er ook snel weer uit zal hebben. Dus laat u de deur de deur, en brandt díe verder af.
Tip 1 »   Tip 80 »

maandag 12
Blanke pit
Als je hem onderweg kwijtraakt ga ik er niet voor stoppen hoor, strengde papa nog, want hij zag het alweer voor zich. Bij het etentje dit weekend hadden ze een papieren parasolletje op hun toetje gekregen en dat moest nu mee naar school. Om aan de juf te laten zien, en aan de meester. Maar het mocht niet in de tas, want dan konden ze hem niet zien, zó mooi was hij. In hun bewante handen, dan konden ze heel de weg kijken. Vandaar dat papa het alweer voor zich zag. Het waaide ook nog lekker trouwens dus dat werd wat. Maar toen er nog niet eens halverwege inderdaad een parasolletje vandoor ging, was het verdriet zó hartverscheurend dat papa er natuurlijk wél voor stopte. En al had hij thuis een plastic zakje liggen met wel twintig parasolletjes, hij draaide de karavaan en bukte zich met zijn zwaarbeladen fiets in wankel evenwicht midden op de donkere weg om het parasolletje van zijn zoon in het licht van aanstormend autoverkeer op te rapen. Wat is papa toch een sympathieke held, wil hij maar even zeggen.

zaterdag 10
Romantiek
Twaalf jaar, waren de man en zijn vrouw bij elkaar, dit weekend. Dit weekend, twaalf jaar geleden, dorsten zij elkaar voor het eerst te bekennen hoe leuk zij elkaar al die tijd al vonden, wisselden zij, op het strand bij middernacht, schoorvoetend de eerste, heerlijke kussen uit. Begon hun gezamenlijke toekomst, hoewel zij dat toen nog niet wisten. En omdat de man een romanticus was, na al die jaren nog even verliefd, hadden zij die datum tot nog toe ieder jaar gevierd. Met kaarsverlichte etentjes en leuke cadeautjes en romantische dagjes uit. Midden in de nacht in de kou naar het strand, om de eerste kus te herhalen. Een verrassingsbezoek aan hetzelfde café, waar het ooit allemaal begon. Gestolen nachtjes in een hotel, een pension, ontbijten met croissantjes. Aaah, de liefde, de liefde. Nou was daar de laatste jaren steeds een hoop gedoe bij komen kijken van logerende kinderen wegbrengen en ophalen, of van kinderoppas aan huis en van op tijd weer terug en dit jaar hadden de man en zijn vrouw daarom besloten hun romantisch jubileum dan maar eens mét hun jongens te vieren. Wel zo praktisch, dachten zij. En tenslotte waren de jongens de vrucht van hun liefde, nietwaar, dus minstens zo romantisch. Om het zichzelf niet meteen al te moeilijk te maken werd het een etentje bij de chinees op de hoek, waar ze zich, met hun op dit vlak debuterende kinderen, geen buil aan konden vallen. Leuk. Dat wel. Maar echt romantisch wilde het toch niet worden, want de vrucht van hun liefde bleek niet van plan te zijn één hap méér dan thuis te gaan eten, van dit veel dúúrdere bordje, of er minder misbaar bij te maken van lussiknie en williknie en ohwatbenikmoe, en de man en zijn vrouw hadden er zo ongemerkt een alledaags potje opvoeden van weten te maken. Tja. Er was toch ook een hoop veranderd, in twaalf jaar.

donderdag 9
Altijd
Mopperend en grommend en zuchtend hees de man zich in het regenpak vanmiddag, om zijn jongens uit school te halen, en druipend en drijvend en koud kwam hij een klein uur later weer thuis. En hoewel hij onderweg bedacht had dat dit misschien wel de eerste keer dit schooljaar was dat hij echt door de regen moest, zuchtte en mopperde en gromde hij bij thuiskomst nog steeds even hard. Want zo gaat dat nou eenmaal,
met die dingen.

woensdag 7
De mand
Kinderen zijn goed voor je zelfvertrouwen. Omdat ze denken dat jij alles weet. En alles kan. En dat dénken ze niet alleen, dat weten ze zeker, ze zijn er vast van overtuigd: Papa Kan Alles. Vol bewondering kijken ze toe hoe papa het voordoet, en hoe het dus moet, hoe papa het doet. Leuk, vindt papa dat, hij kan er niks aan doen. Zo heeft hij zijn jongste zoon vanmiddag bijvoorbeeld trots geholpen met timmeren en met zagen en met mooie gaatjes boren. Kijk, zó houd je je hamer. En zó doe je de zaag. Kijk maar, toe maar, goed zo. En toveren met kleuren, heeft hij hem geleerd. Geel met rood, oranje. Maar geel met blauw weer groen. Knap, vindt zijn zoon zijn vader, en wil het ook eens doen. En onderweg naar huis nog honderdduizend vragen. Waarom blijft een paard altijd staan als hij slaapt? Waar wonen de tijgers? Wat is dat voor auto? Wat gaan we vanavond eten? En papa weet het allemaal. Want papa weet alles. Tot papa op zekere dag door de mand valt natuurlijk. Vanavond kwam zijn puberdochter bij hem staan, of hij haar misschien even kon helpen, met haar huiswerk. Economie. Iets met rentepercentages reële waarden en inflatie, leningen en spaargeld. En wat papa ook probeerde met die veel te ingewikkelde rekenmachine van zijn dochter, hij kwam niet tot het gewenste antwoord. Nou, dan vraag ik het morgen op school nog wel een keer, trok zijn dochter haar zuchtende conclusie. Ja, doe dat maar, berustte haar vader. Gelukkig lagen zijn jongens toen al lang en breed in bed.

dinsdag 6
Zou het?
Aan het eind van een schoolvakantie zei zijn moeder vroeger altijd, met iets van wanhoop in haar stem: Het wordt tíjd dat jullie weer naar school gaan. Hij hoorde het haar nóg zeggen. Harteloos, was het. Bah. En nooit, nooit, nóóit zou hij dát tegen zijn eigen kinderen zeggen, later, had hij zich voorgenomen. Dus toen hij het zichzelf er vorige week toch opeens uit hoorde flappen, tegen zijn bloedeigen schatjes, met de stem van zijn moeder nog wel, was dat wel even schrikken, ja. Maar nu zijn bloedeigen schatjes de afgelopen twee dagen dat ze weer naar school waren een stuk minder tegen de klippen op liepen te dreinen en te mekkeren en te vervelen vooral, begon hij zich voorzichtig af te vragen of zijn moeder dan misschien toch..

maandag 5
Helemaal niks
Nu de kerstvakantie is afgelopen en zijn kleuters dus definitief allebei hele dagen naar school  gaan, vragen mensen hem opeens wat hij nu toch met al die vrije tijd gaat doen. En hij weet niet precies waarom, maar op de één of andere manier heeft de man daar een beetje de pest over in.

zaterdag 3
Geheimpje
Zuchtend viel zijn vrouw haar man om de hals, op zoek naar liefde en aandacht. Steun en toeverlaat. Warm en zwaar ademde ze in zijn oor. Ooh, ik ben toe aan vakantie, verstond hij. En hoewel hij op iets anders gehoopt had, kon de man zich dat ook wel weer een beetje voorstellen want erg ontspannend was het niet geweest allemaal, deze twee weken. Maar daarom was hij zelf nou juist zo blij dat het er alweer bijna op zat. In alle stilte, dat spreekt.

donderdag 1
Stoere start
Het was voor het eerst dit jaar dat onze jongens ons níet met een verontwaardigd grommend omdraaien en dekens optrekken terug naar de feestvreugde stuurden, toen wij ze volgens stoere afspraak om kwart voor het nieuwe jaar wakker maakten voor het vuurwerk. Al was het niet helemaal van harte, ze lieten zich dapper uit bed en in trui en pantoffels hijsen voor het langverwachte schouwspel en een glaasje kinderchampagne. Geeuwend en tollend en zwaar van de slaap keken ze braaf uit het raam naar het oplichtend en kleurig uiteenspattend moois, gewillig knikten ze van ja bij iedere vraag of het leuk was, en mooi, en spannend. Ja, het was mooi en leuk en spannend geweest, mompelden ze nogmaals, op bezorgd verzoek, op de terugweg alweer naar dromenland, maar gezien de gretigheid waarmee ze zonder enig protest hun slaapzak weer inkropen, waren ze ook wel blij dat dit avontuur maar één keer per jaar beleefd hoefde te worden.


©2004JosvanVenrooij