weblog archief september 2009                        terug naar het bewijs »



14-9-09

Tsjing Boem
Omdat zijn eigen ouders er indertijd het nut nou eenmaal niet van in hadden gezien en hij er uit zichzelf pas veel te laat mee begonnen was, hij het dus nooit meer goed genoeg onder de knie zou krijgen om aan zijn eigen verwachtingen te voldoen en het daardoor ook vol te houden, en omdat hij dat nu dus vreselijk jammer vond, omdat hij het juist zo graag zou willen kunnen, had de man ooit besloten zijn kinderen wél op muziekles te doen. Later zouden ze hem daar dankbaar voor zijn, dat wist hij zeker.
Bij zijn dochter was het voornemen destijds na een paar weken onwillig blokfluiten in opvoedkundige halfslachtigheid gestrand, maar bij zijn jongens had hij het voortvarender aangepakt en die hadden er inmiddels dus een ouderwets jaar algemene muzikale vorming opzitten. Dat was óók voornamelijk blokfluiten geweest trouwens, en zeker niet minder onwillig, maar opgeven was er voor zijn jongens niet bij en zo konden die nu dan toch maar mooi een paar noten lezen, een beetje maat houden en zelfs een enkel liedje spelen. Uiteindelijk, meende de man tijdens het eindconcert met de plaatselijke blaaskapel aan hun ingespannen spel en trotse gezichten gezien te hebben, waren ze het stiekem nog wel leuk gaan vinden ook.
En nu was deze weken hun échte muziekles dan begonnen. Op twéé zelfgekozen instrumenten. Eerst een half jaar het één en dan een half jaar het ander. Om het allemaal maar eens uit te proberen.
Zijn oudste had zich om te beginnen met ongeveinsd enthousiasme op de piano geworpen en waarschijnlijk zou hij ook na een half jaar gitaar niet meer van gedachten veranderen, zo leuk vond hij het. Al zat hij zo óók een beetje in elkaar natuurlijk. Hij oefende vrij serieus en liet zich ook regelmatig verleiden eens samen met zijn vader en diens accordeon te spelen. Allebei even harkerig maar toch precies zoals de man het ooit voor zich had gezien.
Zijn jongste had het liefst willen drummen. Daar had de man aanvankelijk allerlei praktische en muzikale bezwaren tegenin gebracht maar hij was het zó graag blijven willen dat ze uiteindelijk dan maar waren overeengekomen dat hij dat het twééde half jaar mocht uitproberen. En dat hij dan het eerste half jaar gitaar zou doen.
En nu hoopte de man natuurlijk dat als hij er eenmaal een beetje les op had gehad, hij de gitaar zó leuk zou gaan vinden dat hij het drummen zou vergeten. Want waar líet je om te beginnen zo'n groot apparaat in zo'n klein huis? Maar het zag er niet naar uit dat dat ging lukken. Tijdens zijn gitaarles werd er een lokaal verderop namelijk gedrumd. En terwijl de gitaarleraar hem geduldig het E mineur akkoord nog eens voordeed, zat zijn zoon dus liever op zijn gitaar met een les verderop mee te trommelen.

9-9-09

Dag Sinterklaasje
Dat was trouwens ook nog zoiets, bedachten de man maar vooral zijn vrouw, nu hun jongens Sinterklaas onlangs niet eens voor het eerst weer ter sprake hadden gebracht: Sinterklaas. De pepernoten lagen alweer manshoog opgetast in de schappen maar eigenlijk hadden de man maar vooral zijn vrouw zich vorig jaar na afloop voorgenomen ze dit jaar rúim voor het zover was maar eens van hun geloof af te helpen.
Omdat het niet meer met hun leeftijd klopte, vond zijn vrouw.
Omdat ze er anders misschien wel eens mee gepest zouden kunnen gaan worden, deed zelfs zijn dochter nu al een duit in het zakje.
En de man zag daar heus het punt wel van, maar hij vond het, een beetje obstinaat natuurlijk, wel jammer dat je je eigen kinderen dus voortijdig hun onschuldig plezier af moest nemen omdat andere kinderen blijkbaar al veel jonger zo cynisch waren dat ze geen ruimte meer hadden voor een beetje kinderlijke fantasie en naïviteit.
De man begreep zelf ook wel dat het een onwerkbaar minderheidsstandpunt was maar hij vond het nou eenmaal mooi dat zijn jongens, ondanks hun bijna tien en elf jaar, nog zo onvoorwaardelijk in een mooie droom konden geloven. Dat vond hij in hun voordeel spreken. Dat ze nog zo zonder voorbehoud en achterdocht van een sprookje konden genieten. Niet dat hij ze per se klein wilde houden, maar ze zouden er zelf heus ook snel genoeg achter komen en dan konden ze verder hun hele leven nog groot en realistisch zijn. Alsof dát zo leuk was.
Maar goed.
Daar zaten ze dan om de tafel, met z'n allen. Met een kopje koffie erbij, en iets lekkers, om het leed te verzachten.
Het hoge woord was eruit.
En zijn jongens namen het nogal sportief op, moest de man bekennen. Groot en realistisch, bijna.
Dat het een beetje jammer was natuurlijk, maar toch ook vooral wel logisch, knikte zijn oudste.
En dat hij nu meteen begreep waarom zijn vriendje wél een wii in zijn schoen had gekregen, en een mp3, en híj niet, ging de jongste een opgelucht licht op. Want dat konden zíj, de man en zijn vrouw, zíjn vader en zíjn moeder, natuurlijk helemaal niet betalen.

2-9-09

Dertien
Negen en tien waren ze nu, zijn jongens, bijna tien en elf. Ze keken regelmatig het jeugdjournaal natuurlijk, en als er 's ochtends een beetje een leuke, aansprekende foto in de krant stond mochten ze het bijbehorend onderschrift ook graag lezen, al waren er ook dagen dat de man een beetje uitkeek met hoe hij de krant gevouwen hield.
Maar het zeilmeisje was ze niet ontgaan. Het meisje van dertien, bijna veertien, dat in twee jaar de hele wereld over wilde zeilen. In haar ééntje. Hoe had het ze ook móeten ontgaan?
De man had niet zo'n mening over het hele geval. Hij zou zijn dochter niet hebben laten gaan, toen die nog dertien was, dat niet. Maar zelf was hij zo rond zijn dertiende door zijn zwijgende ouders in een bootje gezet en afgeduwd in een emotionele windstilte waar hij de rest van zijn jeugd radeloos in zou ronddobberen. Had hij het verder mooi alleen uit mogen zoeken. Hoe het allemaal moest. Misschien dobberde hij er nog steeds wel rond. Niet dat hij het daar nu per se over wilde hebben, nee.. wat de man maar wilde zeggen: aan de wal van de keurig nette, stabiele gezinnen was ook niet altijd alles wat het leek.
Zijn jongens hadden er echter wél hun ideeën over. Over het zeilmeisje van dertien.
Twéé jaar alléén in een bootje. Dáár begrepen ze niets van.
Want, zo berekende de jongste snel, dan was je dus twéé keer jarig, zonder dat er iemand op je verjaardag kwam.
Én, vulde de oudste aan, Sinterklaas kon je ook wel vergeten.
Het zou, bedacht de man gerustgesteld, nog héél lang duren voor zíjn jongens dertien waren.