
het bewijs
weblog van een huisvader
......................
uit
het dagelijks archief:
oktober 2005
|
zaterdag 29
Knutselen
Mogen we kleien? Het is een vraag die zo af en toe gesteld wordt en
hoewel papa heus wel vindt dat zijn jongens zich creatief moeten kunnen
ontplooien, hij zich zelfs ook wel eens voorneemt om wat vaker met ze te
gaan knutselen, omdat dat zo leuk en gezellig is, en hij natuurlijk ook
wel vindt dat het immers stukken beter is dan gezeur om tv, computer en
video, papa heeft eigenlijk altijd een beetje een hekel aan die vraag
gehad. Mogen we kleien. Als je nee zei was je een zeikerd van wie ze
nooit iets mochten maar als je ja zei zaten ze zelf, met kleren en al,
en alle stoelen plus de tafel en de vloer, de hele kamer binnen vijf
minuten onder de klei. Waarna ze het wel weer eens zat waren, jou hun
onduidelijke produkten in de handen duwden, kijk dit is een olifant en
kijk dit is een nijlpaard, en gezamenlijk afdropen naar de keuken en de
badkamer en liefst ook nog de wc, om daar hun handen te wassen, hun
armen tot ver na de ellebogen, en al doende aanrecht, fonteintjes en
wastafelkranen, en alle deuren en deurkrukken op hun weg ernaartoe, te
besmeuren. En vandaag was papa daar dus weer eens ingestonken. Néé, ze
gingen echt heus héél láng kleien. En papa kon rustig de was gaan doen
ondertussen. Van mama mocht het, had ze gezegd, toen ze boodschappen
ging doen, als het van papa mocht. Dus vooruit maar weer. Maar nog
vóórdat papa de was goed en wel zelfs maar verzameld had, kondigde zijn
jongste zoon al aan dat hij klaar was. Hij toonde diep tevreden een wel
zeer minimaal uitgevoerde draak. Waarna zijn broer met een boos gezicht
kwam melden dat het bij hem allemaal niet lukte en dat híj er dus mee
ophield. Bemoedigende woorden, aansporen of tegensputteren hielpen papa
niets, ze gingen hun handen wassen. En terwijl papa nog druk mopperend
in de weer was de rotzooi op te ruimen, in de kamer, de keuken, de
badkamer en liefst ook de wc, hadden zijn jongens zich alweer in een
nieuw project gestort. Of papa even kon helpen een houten vliegtuig te
knutselen?
vrijdag 28
Condooms
De man had zich voorgenomen het zakelijk aan te pakken. Naar binnen
lopen, bestellen en betalen. Net als bij de bakker een halfje brood.
Toch had hij het uit ongemakkelijkheid weer niet kunnen laten er een
schalks grapje over te maken, tegen de winkeljuffrouw. En verliet hij de
drogisterij alsnog blozend van schaamte.
donderdag 27
Lullabye
De man stond weer eens op het podium, vanavond. Met zijn muzikale
vrienden. Feestelijk gekleed en prachtig uitgelicht zong hij dit lied
voor zijn dochter, die in de zaal zat. Hij keek haar in het donker aan
en zong van liefde en eeuwige trouw van een vader aan zijn dochter, al
werd ze nog zo groot. Zó mooi, vond hij het zelf, het lied, en de
gedachte, en hoe hij dat daar stond te zingen, dat hij zijn tekst
kwijtraakte en een paar maten onduidelijk stond te playbacken voor hij
weer wist waar ze waren. Zijn dochter, bleek later, had dat gelukkig
niet gemerkt.
maandag 24
Weer thuis
En het was een welbestede herfstvakantie geweest. Waarin zijn zonen
hadden kennisgemaakt met het circus, met olifanten en tijgers en al;
waarin de man en zijn vrouw ook weer eens met zijn tweeën hadden
gewandeld, langs oever en weiland en terug met de bus; waarin het
zwembad ditmaal voor de verandering geheel voor het plezier werd
bezocht, samen met oma nog wel; waarin kastanjes en paddestoelen werden
gezocht, en mooie herfstbladeren al; maar bovenal hadden de man en zijn
vrouw twee dagen likkebaardend rondgereden over het platteland van hun
keuze. Langs dorpen en weilanden. Voor het eerst serieus op zoek naar
een nieuwe plek onder de zon. In de stromende regen, dat wel.
dinsdag 18
Herfstvakantie
Omdat het herfstvakantie was, trokken de man en zijn gezin er een paar
daagjes op uit.
Na het weekend zijn zij weer terug.
vrijdag 14
Tatuu
De school van zijn jongens had iets nieuws verzonnen. Een
speelgoeduitleenbalie. Daar konden de kleuters, vandaag voor het eerst,
gratis speelgoed lenen, voor thuis. Waarschijnlijk bedoeld voor
allochtone kleuters die thuis dan geen speelgoed schijnen te hebben.
Maar die stonden niet in de rij. Papa wel, met zijn kleuter. Niet dat
die thuis geen speelgoed heeft, welnee, de kasten puilen er zelfs van
uit. Je struikelt erover in iedere kamer, in de gang en in de keuken. En
dan ligt er ook nog het een en ander in bed, en eronder. Nee, gewoon,
omdat hij er een leuk plastic pasje voor had gekregen en hij het wel
stoer grote-menserig vond om dat dan ook te gebruiken. Hij had er zelfs
een portemonnee voor mee naar school genomen, om dat pasje in te
bewaren. In het vakje, dat daar voor was. De keuze viel op een grote
brandweerauto met heel veel toebehoren, waar papa zich over twee weken
al weer helemaal gek naar zag zoeken, als het weer ingeleverd moest
worden. Op zijn knieën het huis door, op zoek naar een rood dingetje,
tussen al die andere zooi. Onder het bed en achter de bank. De grote
brandweerauto zat bovendien in een enorme plastic box, vanwege al dat
toebehoren natuurlijk, die papa maar ternauwernood nog óók op de fiets
kreeg, bij de zak met regenpakken, de twee schooltassen, de extra tas
met werkjes die mee naar huis mochten en zijn eigen tas. En de kleuter,
niet te vergeten. Maar goed, eenmaal thuis gekomen trokken ze zich
onmiddellijk gebroederlijk terug in hun kamertje, geen tijd voor een
glas chocolademelk. Geen tijd voor een appeltje of een koekje, of even
gezellig met papa. Er moest gespeeld met de brandweerauto. Er zat zelfs
een zwaailicht op. De rest van de middag had papa alleen nog maar
eensgezinde brandweergeluiden gehoord, tot vlak voor de pannenkoeken.
Papa kon in de speelgoedkasten en onder het bed een heleboel speelgoed
aanwijzen waar nog nooit zó lang en zó tevreden mee gespeeld was. Dus nu
had papa bedacht dat hij al dat speelgoed naar de speelgoeduitleenbalie
ging brengen. Dan konden zijn jongens het af en toe twee weekjes lenen.
Dan was het veel leuker. En het scheelde een hoop ruimte in huis.
donderdag 13
Open
Zijn oudste zoon zat alweer een paar weken in groep drie en had dus al
aardig wat woordjes geleerd. Maan, roos, vis, en nog zo wat. Thuis
oefende hij ook driftig verder, zo leuk en spannend vond hij het. Maan,
roos, vis, schreef hij, met allengs minder moeite. Maan, roos, vis,
lazen papa en mama, tot zijn tevredenheid, en las hij zelf, met gepaste
trots. Telkens weer en steeds opnieuw. Mét al die andere woordjes van
school. Vanmiddag, achterop de fiets, op weg naar zwemles, wachtend voor
het rode stoplicht, hoorde papa hem ook weer zachtjes letters voor zich
uit mompelen. En plotseling werd papa met twee opgetogen handjes op zijn
rug getrommeld en jubelde zijn zoon met overslaande stem dat hij het
bordje van die winkel kon lezen. Open, stond er, kijk maar. Oo, pu, e,
n. Open. Een écht woord, had hij gelezen. Een écht woord in het wild.
woensdag 12
1986
Negentien, werd zijn dochter vandaag. Negentien jaar alweer. Haar
laatste jaar als tiener. Haar laatste tienerjaar. Volgende keer werd ze
twintig. Morgen of zo, zo onbegrijpelijk snel als de tijd ging.
En het was dit jaar de eerste keer dat papa zijn dochter niet eens zag,
op haar verjaardag. Want daar had zij het te druk voor. Een telefoontje,
dat kon nog net, al stond ze in de keuken. Jaja. Zó oud had de man zich
nog niet eerder gevoeld.
dinsdag 11
Staat er nog
Wat was dat toch met die afwas? Vroeg de man zich af. Het was het ergste
waar je ruzie over kon krijgen, en dus ook het laatste waar je ruzie
over wílde krijgen, maar toch lukte het elke keer weer. En nou stond hij
hem evengoed nog te doen ook! Pokke-afwas.
zondag 9
Zo zoon
Vandaag wordt een léuke dag, zat zijn jongste zoon zich aan de
ontbijttafel tevreden glimmend tegen niemand in het bijzonder een beetje
voor zich uit te verkneukelen. Hij zat er nog net niet bij in zijn
handen te wrijven maar hij had er duidelijk zin in. Het was ook
inderdaad de bedoeling dat het een leuke dag zou worden omdat vandaag
het kinderfeestje van zijn jarige broer gevierd zou gaan worden, met
draken en pijlen & bogen, op het strand, en het wérd ook een hele leuke
dag, maar wat de man zich nou aan de ontbijttafel bij zichzelf zat af te
vragen was wanneer hij zelf voor het laatst zó een dag was begonnen. Met
zoveel onvoorwaardelijk enthousiasme en vertrouwen. Hij kon het zich
niet herinneren. Wanneer had híj zich voor het laatst vol passie ergens
ingestort? Maakte hij de vraag meteen wat breder, zoals in zijn aard
lag. En al kon hij zich dat dan nog wel herinneren, hij moest toegeven
dat het lang geleden was. De laatste tijd, de laatste jaren was het toch
allemaal van een lusteloze, berustende en richtingloze gezapigheid,
besefte hij opeens dat hij dat eigenlijk al een tijdje vond. Hij leek
verdomme wel ingedut. Opgebrand. Uitgeblust. Hij nam zich voor maar
eens wat meer een voorbeeld aan zijn jongste zoon te nemen. Maar ja.
donderdag 6
Plug&Play
Reuze trots was de man geweest, toen hij vandaag geheel zelfstandig een
nieuwe scanner had gekocht. Vorige week was hij nog met een vriend die
er verstand van had op pad geweest om een nieuwe computer te kopen, maar
nu was gebleken dat een nieuwe scanner ook onvermijdelijk was, had hij
gevonden dat het wel een beetje erg kinderachtig zou zijn om dat nou
niet gewoon alleen te durven. Hoe moeilijk kon het zijn? En het was
inderdaad erg meegevallen. Gewoon een doos pakken en betalen. Simpel
zat. En het installeren was al even makkelijk, volgens de doos, en de
gebruiksaanwijzing. Plug and play, stond erop. En Quick Start Guide. Dat
zou dus ook wel lukken, had de man gedacht. Maar wat hij ook probeerde,
de hele middag, hij kreeg het apparaat niet aan de praat. Vloekend en
tierend zat hij aan het scherm, zoals dat gaat. Schijfje erin, schijfje
eruit, opnieuw opstarten en alles nog een keer van voren af aan. Zonder
succes. Radeloos en opgefokt tot en met sloot de man zijn computer af om
nog net op tijd zijn kinderen uit school te halen. Met een verwoest
humeur zat hij de rest van de middag uit. Vanavond had hij een vriend
aan de lijn, een vriend die er verstand van had, en die leidde hem
geduldig nog eens door de installatie. Hoopvol sloot de man zijn nieuwe
scanner nog eens aan op het systeem. En merkte toen dat het stekkertje
er maar half inzat. Er al die tijd, de hele verhitte middag dus maar
half had ingezeten. Maar dat durfde de man niet tegen zijn vriend te
vertellen. Dat durft hij trouwens aan niemand te vertellen.
maandag 3
Zeven
Vandaag was het feest want pappa's oudste zoon was jarig. En het mooiste
moment was ongetwijfeld dat prachtige blije smoeltje dat boven de dekens
uit kwam en met een wel zeer brede glimlach net deed of het echt pas
wakker was geworden van het plotseling verjaardagsgezang met sterretjes.
Ook mooi was hoe hij met zijn net gekregen vulpen onmiddellijk hard aan
het werk ging in zijn net gekregen boekje en àlle woorden opschreef die
hij ook nog maar net had gekregen: Ik. Maan. Roos. Boom. Vis.
zaterdag 1
Spook
Nietsvermoedend liep de man met zijn jongste zoon een boodschapje te
doen voor het weekend, in de winkelstraat om de hoek, toen hij uit zijn
ooghoek een bekend gezicht bij de parkeerautomaat zag staan. Hij had het
gezicht maar drie keer gezien in heel zijn leven, maar hij herkende het
direct. Het was de chirurg die hen het slechte nieuws verteld had, die
zijn vrouw geopereerd had, een half jaar geleden zo'n beetje. De man
verstarde. Reageerde nog slechts afwezig op het aanhoudend gebabbel van
zijn zoon. Een verdrietige, sombere boosheid maakte zich van hem
meester. En hij was zeker niet in staat het gezicht te zien als dat van
de redder van zijn vrouw. Wat ook had gekund.
©2005JosvanVenrooij
|
|